
Beethoven kijkt vanaf de muur bij Döner Company de winkel in op station Duivendrecht. De uitbater draait veel klassieke muziek.
Op station Duivendrecht doet zich rond acht uur ’s morgens een opmerkelijk verschijnsel voor. De rolluiken van Döner Company gaan omhoog, de uitbater schuift tafeltjes naar buiten, reddert wat achter de toog en zet tot slot muziek op. En dan. Horen we de Top 40? 3FM? 100%NL? Nee, we horen piano- of vioolsonates. Klassiek repertoire. En altijd kijken wachtende reizigers verrast op. Het is in de snelle hap-sector dan ook een curieuze muziekkeus. Voor elke winkel eigenlijk.
-
Ik wilde geen betweter zijn, maar besloot het toch maar te verklappen.
Gisteren kabbelden vanuit de winkel de pianoklanken van Beethovens Mondschein Sonate het perron op. Het platform veranderde daarmee in een kleine oase van kalmte en sereniteit. De wachtende reizigers – de een nog catatonischer dan de ander, zo op de vroege ochtend – ontwaakten zachtjes uit hun stupor.
Al vaker had ik op het punt gestaan een nieuwsgierig babbeltje aan te knopen met de man achter deze muziekkeus. Dit keer had ik even tijd. Ik viel met m’n neus in de boter, want de eerste klant van de dag vertelde hem net hoe mooi hij de pianomuziek vond. De eigenaar lachte. Ja, zei hij, hij kreeg wel vaker reacties op de dvd’s die hij draaide via de boxjes van het tv-toestel aan de wand. Mensen vonden het leuk.
Uit mijn ooghoek zag ik dat de trein eraan kwam. Wat is uw lievelingsmuziek, wilde ik op de valreep weten.
“Ik kom hier graag, juist vanwege die muziek”, zei de klant nu tegen me. “Ik probeer het zo uit te kienen dat ik hier even kan bijtanken.” Ik vroeg de uitbater of hij dat wist van zijn klant. “Ja, die meneer komt hier wel vaker”, zei hij bereidwillig. Het was niet helemaal wat ik bedoelde te vragen, maar de klant zette het gesprek weer op de rit: “Weet je dat hij” – hij wees op de eigenaar – “inmiddels van klanten ook allemaal dvd’tjes met klassieke muziek krijgt?” De eigenaar knikte blij. “Zelf luister ik veel naar ClassicFM”, zei de klant. “Die muziek, daar voel ik me goed bij.”
Uit mijn ooghoeken zag ik dat mijn trein eraan kwam. “Wat is uw lievelingsmuziek?”, wilde ik op de valreep toch nog even van de eigenaar weten. “O, ik hou van alles”, zei de man, “alleen niet van Beethoven.” Dat moest ik even verwerken. “U vindt deze muziek niet mooi?”, vroeg ik en stak luisterend een vinger in de lucht. Gedrieën hoorden we de ijle klanken aan van de Mondschein Sonate. Ja, dát vond hij wel mooi, zei hij geduldig. Maar van Beethoven hield hij niet. Dat was te… – hij maakte een kleine slag in de lucht – …te hard, te luid.
Ik wilde geen betweter zijn
maar besloot het toch maar te verklappen
Op de achtergrond preludieerde de vertolker van Beethovens sonate er in alle sereniteit op los, terwijl het portret van Beethoven al enkele minuten het tv-scherm gijzelde. Ik wilde geen betweter zijn, maar besloot het toch maar te verklappen. “O, is dit Beethoven?”, zei hij. Hij schudde z’n hoofd en zei verontschuldigend lachend: “Dat weet ik niet”, alsof ik hem om een bevestiging had gevraagd, waarop hij geen fout antwoord wilde geven. Ik keek naar de ClassicFM-klant. Die schudde ook al het hoofd en maakte een lange kin: “Geen idee.” Maar allebei vonden ze de pianomuziek mooi, Beethoven of niet.
Ik kwam tot de conclusie dat dit wel echte liefhebbers moesten zijn. Geen kenners, geen snobs, geen reputatie hoog te houden, geen kenniswedstrijden, maar luisteren naar klassieke muziek en dat gewoon mooi vinden. Misschien zelfs wel liefhebbers in de puurste gedaante denkbaar.